zaterdag 28 januari 2012

Wanaka - Arrowtown - Queenstown


Na twee dagen ontspannen in Wanaka werd het tijd om verder te wandelen. Na een kort dokters bezoek waar mijn hoofdwond nog even werd nagekeken ging ik op weg. Enigszins gespannen begon ik aan de wandeling. Door de dames uit het vorige hoofdstuk was ik gewaarschuwd voor deze route. Hij zou erg stijl zijn op stukken en loodzwaar. Daar was in ieder geval het eerste stuk geen sprake van. Over een mountainbike/wandelpad ging de eerste vijftien kilometer langs lake Wanaka richting Glendu bay, een mooi gelegen locatie die erg populair is onder Nieuw Zeelanders. Het was er dan ook stampjes vol. Op route er naar toe kom ik veel fietsers tegen en ik bedenk me dat de eerste hut van de track die ik ga lopen weleens druk bezocht kan zijn.


Ik geniet van een fish & chips op de camping en vul mijn bidon met een liter appelsap, wat een luxe! Vanaf de camping was het een uur wandelen over een gravelweg naar het begin van de track. Daar aangekomen lees ik op het informatie bord over de historie van dit gebied. Rond 1870 heeft er hier een flinke goldrush plaatsgevonden. Ik bedenk me dat ik nog wel eens goud zou kunnen vinden en vervolg mijn tocht. Ik hoefde niet lang te wachten, na 1,5 uur kom ik op een plek waar de modder recent is weggespoeld. Een vers stroompje is hier ontstaan en er fonkeld een onmiskenbare goudkleur. Een paar stenen zitten vol met flinter dunne flokjes. Ik slaak een heuze cowboy achtige jippiee (ajee) van geluk maar bedenk me direct dat ik niet zo veel kan met stenen op dit moment. Ik besluit een klein steentje mee te nemen en laat de rest liggen voor een gelukszoeker.

Aangekomen bij de hut blijk ik deze voor mezelf te hebben, zoals meestal eigenlijk. Apart is dat toch, er zijn hier zoveel toeristen maar geen een kom ik er tegen op de routes. De toeristen zitten in de toeristen molen. Er wordt wel gehiked maar op super druk bezochte routes waar ze grof geld voor betalen. De meesten lijken zich niet bewust van de ontelbare mogelijkheden om op andere plekken te hiken en het huttensysteem, waar je voor enkele dollars per nacht kunt blijven. Ik slaap in ieder geval heerlijk. Hieronder een van de hutten op de route...


De volgende dag begint met een klim over een saddle die me een prachtig uitzicht geeft. Op de weg naar beneden kom ik een wandelaar tegen die deze route vanaf de andere kant loopt. Ik vraag haar waar de hut is en ze verteld me dat als ik dat stroompje volg en dan naar links afbuig ik bij de hut kom. Na de afdaling blijkt echter dat de route anders loopt, wat veel extra klimwerk betekent... Ik twijfel wat ik moet doen. Heel vaak lopen deze routes over zogenaamde "floodtracks" dat betekent dat je ondanks een eventuele hoge rivier of beekje toch bij je bestemming aan kunt komen. Na wat deze vrouw me vertelde besluit ik voor het avontuur te gaan en het beekje te volgen, om zo wat tijdswinst te boeken. Dit bleek een erg domme fout. Haar bedoeling was om geografisch aan te geven waar die hut lag, niet hoe er naartoe te lopen. Na een half uur loopt het beekje over in een versmalling en loopt het stijl naar beneden. Ik besluit dat ik veilig naar beneden kan maar halverwege blijkt het zo stijl dat ik mijn rugzak af moet doen en hem voorzichtig naar beneden laat glijden. Daarna laat ik mezelf glijden en sta ik beneden. Wat ik niet besefte is dat er verder op een waterval van 6-7 meter was en ik nu letterlijk in de val zit. De wanden lopen verticaal omhoog. Ik probeer terug te klimmen via de weg hoe ik gekomen was maar dit is veel te tricky met natte wandelschoenen en een backpack om. Ik voel me als een muis in een muisvriendelijke muizenval met te gladde randen om eruit te klimmen. Ik vloek een paar keer flink op mezelf (dom dom dom!!) en besluit even te gaan zitten om rustig na te denken. Daarna verken ik mijn opties. Uiteindelijk vind ik een plek die ik geschikt acht. Het loopt bijna verticaal omhoog maar er is gras en takken waar ik me aan vast kan houden. De klim is zenuwslopend, ik probeer me vooral te ontspannen en verbeeld me dat ik in een klimhal ben. Na 20-25 meter vlakt het wat af en kan ik veilig terug navigeren.

Hierboven de plek waar ik om had moeten draaien...
1,5 uur later sta ik op dezelfde plek als waar ik van de route afweek. Ik ben doodop en besluit mijn zege te vieren door de rest van de dag vrij te nemen zodra ik de hut bereik. Ik spreek met mezelf af nooit meer van de route af te wijken. De dagen die volgen wordt er vooral veel geklommen en afgedaald, loodzwaar maar ik ken inmiddels de klappen van de zweep en ze vormen geen problemen. Tijdens mijn lunchbreak wordt ik bekeken door twee prachtige valken. Eentje vliegt een paar keer rakelings langs me heen, op ruim een kilomter hoogte helemaal in hun element. Ik ben duidelijk de indringer, maar geniet van het schouwspel.




Aangekomen bij de laatste hut blader ik door het logboek en ondek dat Geoff Chaple hier een paar jaar geleden nog eens is geweest met zijn familie. Geoff Chaple is de eerste die New Zeeland ter voet heeft doorkruist en de route die ik nu loop is zijn levenswerk, tof! Via het spookstadje Mace town loop ik de laatste dag naar Arrowtown. Dit gebied heeft veel goudmijn historie en ik kom oude ruines en hutjes tegen van zo'n 140 jaar oud. Het geeft de wandeling een magisch randje.


Ik kom een goudzoeker tegen die ik vertel over mijn vonst. Hij krijgt letterlijk dollartekens in zijn ogen en wil er echt alles over weten. In Arrowtown aangekomen besluit ik een rustdag te nemen. Kan ik mooi de logistiek vanaf Queenstown plannen zonder daar te lang te hoeven blijven. Overdag bezoek ik het museum en ik ontmoet leuke mensen. We gaan met zijn allen naar de bios, top gezelligheid!
Vandaag ben ik naar Queenstown gelopen, waar ik dit nu zit te schrijven. De wandeling is over voet en fietspaden en heeft een urban randje, wat ook wel eens leuk is. Queenstown is het toeristen Mekka van Nieuw Zeeland. Op de een of andere manier sluit het niet echt aan met mijn beleving van dit land en ik ben blij dat ik de logistiek heb geregeld om morgen aan de andere kant van het meer te komen, waar ik mijn route vervolg. Er komt een flink front aan dinsdag, dus ik heb genoeg eten bij me om eventueel het weer uit te zitten in een hut. Liever daar dan hier...let's go!





3 opmerkingen:

  1. He ouwe appeldief... Nog 300 km te gaan dus nog eventjes.....

    BeantwoordenVerwijderen
  2. je moet dus nog een keer terug om die bramen te proeven!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ja inderdaad, helaas te vroeg in het seizoen! De appels waren zuur, maar net te doen.

    BeantwoordenVerwijderen