woensdag 8 februari 2012

Queenstown - Te Anau - Bluff (?)


Vanuit Queenstown gaat de route verder vanaf de andere kant van het aangrenzende Lake Wakatipu. De route om het meer heen bestaat nog niet en je moet als "thru hiker" zelf transport regelen. Ik had dit vanuit Arrowtown geregeld zodat ik minimale tijd in Queenstown door zou hoeven te brengen. De wandeling begint in de Greenstone Valley, vanwaaruit ik in een kleine 5 uur naar de Greenstone Hut loop. Ik besluit er een korte dag van te maken en hier de rest van de dag te relaxen. Er zijn veel commerciele hiking activiteiten rond Queenstown en dat zie je terug in deze hut. Er is een vaste ranger die zijn eigen hut met warme douche en zelfs electriciteit heeft. In plaats van een kuil in de grond zijn de toiletten van het type "doorspoelen", wat mij na zoveel tijd in de natuur een surrealistisch gevoel geeft. In de hut ontmoet ik een gepensioeneerd stel die net is begonnen aan dezelfde route, alleen lopen ze van zuid naar noord. Ze hebben al verschillende lange afstandswandelingen gemaakt in hun leven maar vooral hij ziet er erg vermoeid uit. Ze beklagen zich over wat voor mij het einde van de route gaat zijn. Het zou er praktisch onbegaanbaar zijn en visueel weinig interessant. Ze zijn de tweede die me hiervoor waarschuwen maar mentaal wuifel ik hun klaaggedrag weg. Het zou voor mij ten slotte van rekening min of meer de eindstreep zijn en na alles wat ik doorstaan heb relatief een peuleschil beredeneerde ik.
De volgende dag gaat mijn route verder, er zijn een stuk of 1000 (!) bomen over de route gewaaid, dit betekent dat ik via een B route naar de volgende hut moet. Dit zijn die momenten dat een GPS erg fijn is om bij je te hebben en met wat improvisatie bereik na 8 uur wandelen mijn doel.




Die nacht begint de storm die ik 2 dagen geleden zo goed aan kon zien komen op de weerradar. Ik heb de afgelopen maanden veel in outdoor magazines gelezen die achter zijn gelaten in hutten en heb daarin verschillende malen gelezen over de verwoestende kracht die de wind kan hebben in deze gebieden. Tussen twee bergen in kan de wind ongeloofelijk versnellen, afhankelijk van de richting. Ik lees zelfs verhalen over hutten die wegwaaien! Dit is een gedachte die ik die nacht maar gedeeltelijk kan loslaten want de hut schud af en toe wild heen en weer wat het een spannende nacht maakt. De volgende ochtend is de wind nog steeds erg sterk maar gezien het feit dat ik hem in de rug heb en er halverwege de route een hut ligt, besluit ik het te proberen. Het is een uitdaging om niet van de route te worden geblazen maar na 18 km kom ik aan bij de Mavora Lakes campsite.



Het is er behoorlijk uitgestorven en ik twijfel wat ik moet doen. Kamperen in deze wind is niet echt aanlokkelijk en de volgende hut is nog eens 20 km wandelen...Ik besluit om een lift te zoeken maar dat loopt op niks uit. Er zijn wel wat mensen met campers maar die blijven daar nog enkele dagen. Een man kan me alleen vertellen dat er 140km per uur windstoten zijn voorspeld voor die avond... Ik beslis dat kamperen ronduit gevaarlijk is in die omstandigheden. Er zit dus maar een ding op en dat is verder lopen. Ik besluit de track te laten voor wat het is en via de weg naar de volgende hut te lopen. Een lange gravelweg strekt me voor zich uit en leg me neer bij het feit dat ik nog 5 uur wandelen te gaan heb. Er is hier in deze uithoek namelijk niemand en de kans op dit tijdstip nog een lift te krijgen is zo goed als nul... na enkele uren doorstampen zie ik een auto aan de horizon verschijnen. Natuurlijk rijden ze de voor mij verkeerde kant op maar ik besluit ze toch te stoppen en te vragen of ze nog uit het gebied gaan vandaag. Dit bleek een gouden zet want een uur later komen ze weer langs en geven me een lift. Het is een gezellige rit met twee Franse dames. Ze zijn fotos aan het nemen van Lord of the Rings locaties. Blijkbaar liep ik midden in Middle Earth's Amon Hen in de voetsporen van Frodo, haha. De dames zijn zo vriendelijk om door te rijden naar Te Anau, zodat ik daar een paar rustdagen kan nemen en voedsel kan inslaan voor de laatste etappe naar de kust.


Ik voel me ondanks de vermoeidheid goed maar kijk ook erg uit naar het afsluiten van de tocht. De echte uitdaging is er af en verveling begint steeds meer een issue te worden. De hoogtepunten van de route liggen duidelijk achter me en de omgeving is veel van hetzelfde. De komende 8 daagse route is nieuw en ik ben samen met de mensen die ik ontmoet heb één van de eerste die hem gaat lopen. Toch begin ik gemotiveerd aan de laatste tocht, op naar Bluff!
Het begin van de route is zoals ik verwachte overgroeid maar op zich goed te doen en ik bedenk me dat het allemaal wel mee valt met de onbegaanbaarheid waar ik voor gewaarschuwt was. Ik bedacht me dat de dramatische omschrijving van de wandelaars die ik ontmoet heb, er vast mee te maken had dat ze nog geen ervaring op deze route hebben gehad. Ze moesten eens weten wat hun zelf nog te wachten staat, bedacht ik me... In 2 uur tijd beklim ik de eerste saddle en ga enthousiast verder. Dat ik 5 uur later het besluit zou nemen om de tocht te beeindigen had ik niet kunnen bedenken... Het lachen vergaat mij snel zodra ik de saddle passeer. De natuur heeft hier vrije speling gehad en tientallen bomen zijn over de route geblazen. Hoe verder ik de route loop hoe onbegaanbaarder hij wordt. Ik moet dwars door struiken en ben af en toe meer aan het klimmen dan aan het wandelen. In de stukken grasland is het niet veel beter, het gras komt werkelijk waar tot aan mijn neus en dit zorgt er voor dat de wandelsnelheid terug wordt gebracht naar zo'n 1,5-2 km per uur. Ineens besef ik hoe heel de komende week eruit gaat zien en dit is het eerste moment dat ik eens goed achter mijn oor krabbel. Waarom deed ik dit ook al weer? Natuurlijk heb je op zo'n moment niet veel keus en ga ik door. De route in mijn gps houd mysterieus op en ik moet mijn weg naar buiten vinden doormiddel van mijn kompas. Binnen enkele uren zitten mijn benen onder de schrammen en bloed.




Wat doe ik hier? Terwijl ik met dit soort gedachten worstel glij ik door een gebrek aan concentratie uit en met een harde smak land ik op de rotsen. Ik mag wederom van geluk spreken dat ik niks breek. Stijf als een hark ga ik even zitten om wat te lunchen en neem even de tijd om goed na te denken over mijn doelen en wensen. Ik moest denken aan het schaatsen van de alternatieve elfsteden tocht enkele jaren geleden. Met nog 1000 maloten schaatste ik uren achter elkaar rondjes op een bergmeer in Oostenrijk. Ik was al 2 weken ziek (later kwam ik er achter dat ik de ziekte van Pfeifer had) maar besloot dat ik de rit uit MOEST rijden, want ja zo zat dat nu eenmaal in mijn hoofd. Doodsvermoeid bedacht ik me halverwege de tocht hoe sporten voor mij altijd rechtevenredig stond met zelfpijniging en besloot vanaf dat moment in mijn leven op een andere manier te sporten. Sporten en bewegen omdat ik het leuk vind, niet omdat het "moet" van mezelf. Ik bedenk me dat deze laatste etappe precies dat met me doet wat ik niet meer wil. Het is alsof ik na het beste 19 gangen diner van mijn leven 30 verdroogde boterhammen met pindakaas (zonder stukjes noot) krijg voorgeschoteld als laatste gerecht en die zonder water naar binnen aan het proppen ben. Dat alles om maar trots te kunnen zeggen dat ik alle 20 gerechten heb gegeten. Dat moment beslis ik mijn toetje te laten staan en na te genieten van alle gerechten die zo fantastisch waren. Natuurlijk is Bluff het officiele eindpunt van de route, maar het is nooit mijn concrete doel geweest. Mijn doel was om in een inspirerende omgeving mijn grenzen te verleggen, ik denk dat ik kan zeggen dat dat wel gelukt is...


Zoals altijd na het nemen van grote beslissingen voel ik me erg goed en begint het nagenieten van dit grootse avontuur. Bij de hut aangekomen kom ik er achter dat ik mijn 1,5 liter fles ben verloren. Ik moet hier erg om lachen want dit houd indirect in dat doorlopen sowieso geen optie was, omdat er over twee dagen een stuk was waar ik meer als een dag geen water tot me beschikking had en dus iedere milliliter capaciteit nodig had gehad...De volgende dag loop ik met overheersend positieve doch gemixte gevoelens richting de weg, een wandeling van toch nog zo'n 20 km. Ondanks mijn door de val pijnlijke been, voelt het aan als een peuleschil. Bij de weg aangekomen krijg ik na een uur wandelen een lift van een uiterst vriendelijke man, Andrew. Andrew blijkt een priester blijkt te zijn uit Te Anau. Hij luisterd aandachtig naar mijn verhaal en wil er echt alles over weten. Hij hoord van deze laatste etappe en verteld dat hij afgelopen weekend ook op de betreffende saddle is geweest, bij het zien van het helse (dit was echt zijn woordkeuze) terein had hij echter rechtsomkeer gemaakt...Hij complimenteerd mij met mijn keuze te stoppen, hij leek precies te begrijpen wat er door mij heen was gegaan. "There is a fine line between reaching one's goal in a healthy manner and straight neurotic obsession..." Ik vond het wel een mooie spreuk en met deze "zegen" kwam nu echt het besef dat het goed is zoals het is!

Inmiddels ben ik terug in Christchurch bij mijn vrienden. Ik geniet iedere seconde van mijn rust. De leegte die veel mensen omschrijven na het afsluiten van zulke grote projecten voel ik gelukkig niet. Het is voor mij een fantastisch avontuur geweest en zal nog regelmatig terug denken aan mijn dagen in de bergen. De vele dagen waar ik totaal op mijzelf aangewezen was, ver weg van het veiligheidsvangnet waar de bewoonde wereld in voorziet.
Dit is dan het moment dat ik mijn verhaal zou moeten afsluiten met een hoop wijze woorden, met alle diepe inzichten die ik heb verkregen en levenslessen geleerd. De waarheid is dat ik niet zou weten wat ik jullie nog moet vertellen. Ik heb geprobeerd mijn belevenissen zo puur mogelijk op te schrijven om de lezer mee te nemen op deze reis en hoop dat ik daarin geslaagd ben...
Ik wil iedereen die mijn weblog heeft gevolgt bedanken voor de tijd en moeite die jullie hebben genomen om het te lezen en reacties te plaatsen. De gedachte dat er indirect een publiek van allemaal mooie mensen meekijkt, heeft mij werkelijk gesteund en een drive gegeven door te gaan op moeilijke momenten. Verder wil ik Kevin bedanken voor de vele prachtige kilometers die we samen hebben gemaakt. Het begin is werkelijk waar het moeilijkst en om dit samen met hem te doen heeft het stukken makkelijker gemaakt. En natuurlijk Lisa, de lieve lieve vrouw die mij steunt door dik en dun, alhoewel we elkaar nog maar zo kort kennen, heel erg bijzonder...

Bedankt!

Tjalle



Ok, ok, ok, eentje dan...

LEEF!

zaterdag 28 januari 2012

Wanaka - Arrowtown - Queenstown


Na twee dagen ontspannen in Wanaka werd het tijd om verder te wandelen. Na een kort dokters bezoek waar mijn hoofdwond nog even werd nagekeken ging ik op weg. Enigszins gespannen begon ik aan de wandeling. Door de dames uit het vorige hoofdstuk was ik gewaarschuwd voor deze route. Hij zou erg stijl zijn op stukken en loodzwaar. Daar was in ieder geval het eerste stuk geen sprake van. Over een mountainbike/wandelpad ging de eerste vijftien kilometer langs lake Wanaka richting Glendu bay, een mooi gelegen locatie die erg populair is onder Nieuw Zeelanders. Het was er dan ook stampjes vol. Op route er naar toe kom ik veel fietsers tegen en ik bedenk me dat de eerste hut van de track die ik ga lopen weleens druk bezocht kan zijn.


Ik geniet van een fish & chips op de camping en vul mijn bidon met een liter appelsap, wat een luxe! Vanaf de camping was het een uur wandelen over een gravelweg naar het begin van de track. Daar aangekomen lees ik op het informatie bord over de historie van dit gebied. Rond 1870 heeft er hier een flinke goldrush plaatsgevonden. Ik bedenk me dat ik nog wel eens goud zou kunnen vinden en vervolg mijn tocht. Ik hoefde niet lang te wachten, na 1,5 uur kom ik op een plek waar de modder recent is weggespoeld. Een vers stroompje is hier ontstaan en er fonkeld een onmiskenbare goudkleur. Een paar stenen zitten vol met flinter dunne flokjes. Ik slaak een heuze cowboy achtige jippiee (ajee) van geluk maar bedenk me direct dat ik niet zo veel kan met stenen op dit moment. Ik besluit een klein steentje mee te nemen en laat de rest liggen voor een gelukszoeker.

Aangekomen bij de hut blijk ik deze voor mezelf te hebben, zoals meestal eigenlijk. Apart is dat toch, er zijn hier zoveel toeristen maar geen een kom ik er tegen op de routes. De toeristen zitten in de toeristen molen. Er wordt wel gehiked maar op super druk bezochte routes waar ze grof geld voor betalen. De meesten lijken zich niet bewust van de ontelbare mogelijkheden om op andere plekken te hiken en het huttensysteem, waar je voor enkele dollars per nacht kunt blijven. Ik slaap in ieder geval heerlijk. Hieronder een van de hutten op de route...


De volgende dag begint met een klim over een saddle die me een prachtig uitzicht geeft. Op de weg naar beneden kom ik een wandelaar tegen die deze route vanaf de andere kant loopt. Ik vraag haar waar de hut is en ze verteld me dat als ik dat stroompje volg en dan naar links afbuig ik bij de hut kom. Na de afdaling blijkt echter dat de route anders loopt, wat veel extra klimwerk betekent... Ik twijfel wat ik moet doen. Heel vaak lopen deze routes over zogenaamde "floodtracks" dat betekent dat je ondanks een eventuele hoge rivier of beekje toch bij je bestemming aan kunt komen. Na wat deze vrouw me vertelde besluit ik voor het avontuur te gaan en het beekje te volgen, om zo wat tijdswinst te boeken. Dit bleek een erg domme fout. Haar bedoeling was om geografisch aan te geven waar die hut lag, niet hoe er naartoe te lopen. Na een half uur loopt het beekje over in een versmalling en loopt het stijl naar beneden. Ik besluit dat ik veilig naar beneden kan maar halverwege blijkt het zo stijl dat ik mijn rugzak af moet doen en hem voorzichtig naar beneden laat glijden. Daarna laat ik mezelf glijden en sta ik beneden. Wat ik niet besefte is dat er verder op een waterval van 6-7 meter was en ik nu letterlijk in de val zit. De wanden lopen verticaal omhoog. Ik probeer terug te klimmen via de weg hoe ik gekomen was maar dit is veel te tricky met natte wandelschoenen en een backpack om. Ik voel me als een muis in een muisvriendelijke muizenval met te gladde randen om eruit te klimmen. Ik vloek een paar keer flink op mezelf (dom dom dom!!) en besluit even te gaan zitten om rustig na te denken. Daarna verken ik mijn opties. Uiteindelijk vind ik een plek die ik geschikt acht. Het loopt bijna verticaal omhoog maar er is gras en takken waar ik me aan vast kan houden. De klim is zenuwslopend, ik probeer me vooral te ontspannen en verbeeld me dat ik in een klimhal ben. Na 20-25 meter vlakt het wat af en kan ik veilig terug navigeren.

Hierboven de plek waar ik om had moeten draaien...
1,5 uur later sta ik op dezelfde plek als waar ik van de route afweek. Ik ben doodop en besluit mijn zege te vieren door de rest van de dag vrij te nemen zodra ik de hut bereik. Ik spreek met mezelf af nooit meer van de route af te wijken. De dagen die volgen wordt er vooral veel geklommen en afgedaald, loodzwaar maar ik ken inmiddels de klappen van de zweep en ze vormen geen problemen. Tijdens mijn lunchbreak wordt ik bekeken door twee prachtige valken. Eentje vliegt een paar keer rakelings langs me heen, op ruim een kilomter hoogte helemaal in hun element. Ik ben duidelijk de indringer, maar geniet van het schouwspel.




Aangekomen bij de laatste hut blader ik door het logboek en ondek dat Geoff Chaple hier een paar jaar geleden nog eens is geweest met zijn familie. Geoff Chaple is de eerste die New Zeeland ter voet heeft doorkruist en de route die ik nu loop is zijn levenswerk, tof! Via het spookstadje Mace town loop ik de laatste dag naar Arrowtown. Dit gebied heeft veel goudmijn historie en ik kom oude ruines en hutjes tegen van zo'n 140 jaar oud. Het geeft de wandeling een magisch randje.


Ik kom een goudzoeker tegen die ik vertel over mijn vonst. Hij krijgt letterlijk dollartekens in zijn ogen en wil er echt alles over weten. In Arrowtown aangekomen besluit ik een rustdag te nemen. Kan ik mooi de logistiek vanaf Queenstown plannen zonder daar te lang te hoeven blijven. Overdag bezoek ik het museum en ik ontmoet leuke mensen. We gaan met zijn allen naar de bios, top gezelligheid!
Vandaag ben ik naar Queenstown gelopen, waar ik dit nu zit te schrijven. De wandeling is over voet en fietspaden en heeft een urban randje, wat ook wel eens leuk is. Queenstown is het toeristen Mekka van Nieuw Zeeland. Op de een of andere manier sluit het niet echt aan met mijn beleving van dit land en ik ben blij dat ik de logistiek heb geregeld om morgen aan de andere kant van het meer te komen, waar ik mijn route vervolg. Er komt een flink front aan dinsdag, dus ik heb genoeg eten bij me om eventueel het weer uit te zitten in een hut. Liever daar dan hier...let's go!





zaterdag 21 januari 2012

Tekapo - Twizel - Wanaka


Lake Tekapo town bracht mij een welverdiende rustdag. Dit kleine plaatsje ligt prachtig aan het Tekapo meer, waar ik mooi kon ontspannen en stretchen om mijn knie fit te krijgen voor de volgende etappe richting Twizel. Het gebied waar ik nu bent bestaat uit verschillende grote meren, natuurlijke buffers die worden gebruikt om energie op te wekken. Mijn route leid dan ook langs verschillende kanalen en "Hydro Power" stations. Klinkt heel interessant maar het houd vooral in dat ik eindeloos over een weg langs een kanaal moet lopen. Ik besluit dat dit weleens een goede afwisseling kan zijn voor mijn knie en loop het hele stuk.




Halverwege kom ik een konvooi met jaren 40 legervoertuigen tegen. Ik maak een praatje met de mensen die erbij staan en leer dat ze bezig zijn aan een documentaire. In jaren 40 uitrusting is een team de bergpass achter mij aan het bedwingen en zij zijn de support crew. Ik ben hun instant hero als ze horen dat ik heel het stuk ben komen lopen en ze vragen of ze me mogen interviewen voor hun docu. Natuurlijk doen we het interview en nadat ze me volstoppen met koekjes en muesli repen vervolg ik mijn tocht. Hoe verder ik kom, hoe meer respect ik lijk te krijgen van mensen als ze horen dat ik ben komen lopen.

In Twizel geniet ik na 55km in 2 dagen van een dag rust. Ik deel mijn kamer met Steve, een havenarbeider uit Bluff, mijn eindbestemming. Steve is een typisch "houdbare man", 55 jaar en zo fit als het maar zijn kan. Hij speelt rugby, roeit op hoog niveau en speelt doedelzak, geniaal. We zijn instant bevriend en 's avonds drinken we een biertje of 2-3-4-5-6...., je kent dat wel. De volgende dag loop ik met een witte kater op mijn schouder verder. Ik heb Steve beloofd te bellen als ik aankom, hij wilde me graag verwelkomen op het eindpunt. De kilometers gaan zwaar en ik besluit na zo'n 25 km dat het wel welletjes is, ik zet mijn tent op langs het meer.



Het klimaat waar ik nu in ben aangekomen is duidelijk anders. Het is woestijnachtig droog en 's nachts gaan de temperaturen onder nul. Met dit in mijn achterhoofd beslis ik de volgende dag kort te houden, ik heb geen zin om boven de boomgrens te kamperen, iets waar ik me de komende 10 uur wandelen zou begeven. De wandeling gaat over prachtige berg passages en ondanks dat het uitermate warm is maak ik goede progressie. Ik steek een serieuze rivier over, de Ahumiriri, die gelukkig niet al te diep is vandaag. Ik voel me erg fit en begin me echt thuis te voelen in de bergen. Ik bedenk me dat ik relatief veel ervaring begin te krijgen en dat doet mijn zelfvertrouwen goed. Dat dat zelfvertrouwen een letterlijk een flinke deuk op zou lopen binnen 48 uur kon ik toen nog niet weten...




Aan de kleur van de stenen en de rivierbedding kan ik zien dat de vallei waar ik doorheen loop flink is doorgespoeld enkele dagen geleden. Waar normaal stenen liggen is het nu vooral gravel wat van de bergen in gestroomd. Hele stukken berg zijn simpel weg weggespoeld en ik bedenk me eens en te meer hoe geweldadig het hier kan zijn. Ik slaap voor het eerst sinds bijna een week in een hut en dat voelt als thuiskomen, toch wel een stuk comfortabeler als een tent. De volgende dag trek ik via de Timaru rivier richting de Breast Hill. Een trackloze sectie, dus alleen markers en verder zelf je weg vinden. Er stond in mijn gegevens dat het 7-9 uur lopen was, maar mijn progressie is dusdanig snel dat ik na 2,5 uur al op de helft ben. Ik heb het gevoel dat ik over de route zweef en geniet erg van de wandeling. Om een stuk diep water te vermijden moet ik regelmatig stukjes klimmen, varierend van enkele meters tot wel honderd meter. Op een van de stukken liep het enkele meters zeer stijl af naar de rivierbedding. Ik bedacht me dat ik hier op moest passen, maar bij de eerste stap die ik zet glij ik uit. In een reflex op zoek naar grip om een val te vermijden blokkeerd mijn voet op een rand, dit zorgt er voor dat ik voorover headdown enkele meters naar beneden val. De vrije val die volgde was lang genoeg om te beseffen wat er gebeurde... Een gigantisch harde knal suist er door mijn hoofd. Ik ben stuk, is het eerste wat ik bedenk. Mijn hoofd lijkt te exploderen. Ik krabbel overeind en voel aan mijn hoofd, waar ik binnen enkele seconden een ei voel groeien en het bloed over mijn gezicht stroomt. Mijn grootste angst is een schedelbasis fractuur, maar ik lijk helemaal bij bewustzijn. Ik praat tegen mezelf om te checken of alles het nog doet. Ik probeer het geheel te koelen en wassen met rivier water en maak bij gebrek aan een goede spiegel een foto. De snee lijkt minder diep als ik dacht. Ik twijfel of ik moet hechten, maar ik besluit dat hij dusdanig "netjes" is dat een compres de beste oplossing is. Daarnaast had ik ook niet echt zin om met een naald en vlosdraad te gaan kloten in mijn eigen hoofd als dat niet nodig was. Het kost me een half uur om de structuur te vinden om mij zelf te verzorgen. Ik ben duidelijk een beetje in de war, maar vermaan mezelf rustig te blijven. Mijn nek is mijn 2e zorg, ik kan mijn hoofd niet meer bewegen. Ik druk voorzichtig op alle wervels en concludeer dat ik niks heb gebroken en dat het puur verstijfde spieren moeten zijn. Nadat ik mezelf heb opgelapt en even rustig ben gaan zitten komt de hele ervaring flink op me af. Ik bekijk de krater die ik heb geslagen en besef dat het gravel me heeft gered, hier hadden geen rotsen moeten liggen...



Hierboven de bult, de krater en de plek waar ik viel. Mijn wandelstok die erbij staat is 1.40m...
Ik tijfel wat ik moet doen. De volgende hut is 2 uur lopen. Er is een route naar de weg van bijna 8 uur lopen, maar dan is het nog maar zien hoe je 's avonds laat hulp vind. Ik besluit dat mijn letsel mee valt en dat rust de beste optie is. Mijn hoofd zit vol gedachten over wat er net is gebeurd en ik mis de afslag naar de hut, dit betekent dat ik 2 uur extra moet lopen. De moed zinkt me in de schoenen en ik besluit even te gaan zitten. Ik maak nog een foto om mijn verband te checken en terwijl ik door de fotos blader zie ik heel de trip voorbij komen die ik afgelopen weken heb gemaakt. Dit geeft mij een dusdanig goed gevoel dat al mijn zorgen wegvloeien. Na een heerlijk soepje maak ik de twee uur durende klim naar Stody's hut en maak ik een kamvuurtje voor mezelf. Alles komt goed...'s Avonds denk ik goed na over wat er is gebeurd en besluit een stapje terug te doen in wandel snelheid op stijle stukken.

De volgende dag had ik de optie de Breast Hill af te snijden, dit zou een uur minder klimmen zijn. Ik besluit echter dat ik niet zo ver ben gekomen om deze highlight over te slaan en beklim de top. Dit geeft me een prachtig uitzicht en in de verte zie ik Wanaka.



De afdaling naar beneden is gigantisch stijl en ik merk dat mijn zelfvertrouwen een flinke deuk heeft opgelopen. Continu zie ik mezelf over het randje vallen wat de wandeling niet bepaald plezierig maakt. Halverwege kom ik twee trampers tegen die een dagwandeling maken. De dames horen over mijn tocht en ongeluk en bieden mij een lift aan naar Wanaka, dit scheelt mij een hele dag en zo'n 13 km relatief saaie wandeling, voornamelijk over de weg. Perfect dus. Op de weg naar Wanaka zetten we een van de twee dames af. Ze woont in een CO2 neutrale woning die ze zelf met haar man heeft gebouwd. Erg inspirerend om te zien! Direct na aankomst bezoek ik een arts, die mij nakijkt. Nadat de wond is schoongemaakt en ik een Tetanus prik heb gekregen, ga ik op zoek naar een slaapplek.


Ik val met mijn neus in de de boter in Wanaka want er is een Ironman event dit weekend. Dit houd in: 4km zwemmen, 180 fietsen en daarna een marathon rennen. Ik heb een sportmassage geregeld en de masseuse verteld mij over Garth, een 75 jaar oude man die dit jaar voor de 3e keer meedoet. Ik kan mijn oren niet geloven en besluit 's avonds te gaan kijken bij zijn finish. Om zeker te zijn dat ik hem niet mis ben ik er om half elf 's avonds. De sluitingstijd was om half twaalf, maar helaas geen Garth. Er is vuurwerk als afsluiter en de organisatie begint de hekken op te ruimen. Ik besluit echter te wachten omdat ik het gevoel heb dat deze man gaat finishen, voor of na de officiele tijd. Met nog enkele tientallen hardcore Garth fans blijf ik wachten. Ik moet deze man zien. Uiteindelijk om half één 's nachts zien we in de verte een schommelend led lampje, dit moest hem zijn! En jawel, hier komt deze held, meer strompelend als lopend, totaal uitgeput maar met een gigantische grijns op zijn gezicht finished hij na 18,5 uur! We juichen hem toe en twee mannen nemen hem op hun schouders. Wat een held is dit! Hij kijkt mij lachend aan, alsof we elkaar jaren kennen. Ik feliciteer hem en vol inspiratie loop ik terug naar mijn hostel.

Mijn volgende etappe gaat wederom over de bergen, dit keer naar Queenstown. Ik hoop daar over 4-5 dagen aan te komen. Het einde komt in zicht, nog maar 400km!

Tjalle

Ps. Mijn knie houdt het goed!